Voornaamwoorden

BENOEM DE GEKLEURDE VOORNAAMWOORDEN 

1. 

Ik ben benieuwd of we in beeld komen.

2. 

Niemand kon weten wat de pandemie voor ons zou gaan betekenen.

3. 

Met dat exemplaar ga ik volgende naar Tussen Kunst en Kitsch.

4. 

Wat voor bezwaar heb je tegen het vaccin?

5. 

Hier is een zeldzaam exemplaar dat ik geërfd  heb.

6. 

Wie zal ik meenemen naar de uitzending?

7. 

Wat voor een beoordeling het erfstuk zal krijgen, weet ik niet.

8. 

Wat voor bezwaar heb je tegen het vaccin?

9. 

Hopelijk heb ik me niet in de datum vergist.

10. 

Wat voor een beoordeling mijn erfstuk zal krijgen, weet ik niet.

11. 

Niemand kon weten wat de pandemie voor ons zou gaan betekenen.

proef

Welcome to your %Spellongoefening 1%

1. 
Wat is de persoonsvorm

engww-7
Het is koud.

2. 
Vul de juiste letter(s)in

Het gebeur..

Drag and Drop File Here or Browse
3. 
Vul de juiste letter(s)in

Hij antwoor... onmi..e..ijk

Oefening samengestelde zinnen

Wat voor een bijzin is het gekleurde zinsgedeelte?

1. 

Heel lang dacht de regering dat de pandemie goed bestreden werd.

2. 

Wie niet te overtuigen is, heeft de wetenschap ook niets te bieden.

3. 

Vrijwilligers denken dat ze de mensen kunnen overhalen tot het halen van een prik.

4. 

Het gevolg is dat deze variant de mensen minder ziek maakt.

5. 

Omdat steeds minder mensen zich aan de regels houden, zal de lockdown mogelijk langer duren.

6. 

Het antwoord van de deskundige was dat zij zich voorbereidden op code zwart.

7. 

Het werk ging ook 's nachts door omdat er te weinig verpleegkundigen waren.

8. 

Waarom mensen niet gevaccineerd willen worden, is mij niet altijd duidelijk.

Nationaal dictee 2021

Selecteer het/de woord(en) die goed gespeld zijn.

1. 

Welk antwoord is juist?

2. 

Welk antwoord is juist?

3. 

Welk antwoord is juist?

4. 

Welk antwoord is juist?

5. 

Welk antwoord is juist?

6. 

Welk antwoord is juist?

7. 

Welk antwoord is juist?

8. 

Welk antwoord is juist?

9. 

Welk antwoord is juist?

10. 

Welk antwoord is juist?

Oefening Engelse werkwoorden

Selecteer de juiste vorm in de tegenwoordige tijd.

1. 

... (downloaden) jij nog even snel de nieuwste app uit de App Store?

2. 
Hij ... (back-uppen) nog even zijn laatste versie van het verhaal.

3. 
Hij ... (deleten) de niet zo aardige opmerking over zijn vriendin.

4. 

Zij ... (chillen) daarnaast nog regelmatig met een groot aantal vrienden.

5. 
Ik denk dat haar dochter eerder ...(swypen) dan loopt.


6. 

Als zij niet zit te twitteren, ... (e-mailen) zij wel iemand.

7. 
Hij ... (appen) mij bijna dagelijks.

 

Oefening verhaalanalyse

WAAR OF ONWAAR?

Goede antwoorden geven (door middel van filmpjes) extra uitleg.
1. 

Een karakter maakt in een verhaal geen ontwikkeling door.

2. 

Als je je kunt inleven in een/de hoofdfiguur, zal je het verhaal spannender vinden.

3. 

Als je je afvraagt waarom bepaalde gebeurtenissen lopen zoals ze lopen, is er sprake van een open plek.

4. 

Een sujet geeft geen chronologische samenvatting van de gebeurtenissen in een verhaal.

5. 

Als je je verhaal beleeft door de ogen van verschillende hij/zij-figuren heb je te maken met een personaal perspectief.

6. 

Een motto is niet hetzelfde als een opdracht.

7. 

Als je de beschreven gebeurtenissen niet verwacht in de ruimte waar ze zich afspelen, spreek je van contrast tussen ruimte en handeling.

8. 

Als de verteller niet deelneemt aan de handeling en commentaar geeft op de gebeurtenissen, is er een ik-verteller aan het woord.

9. 

Een leidmotiefkomt maar eenmaal voor in een verhaal.

10. 

Als je in een samenvatting het aantal pagina's of regels van het verhaal noemt, heb je het over de verteltijd.

Oefening beeldspraak

Welke vorm van beeldspraak wordt gebruikt:

vergelijking, metafoor, personificatie, metonymia of synesthesie?

1. 

Sommige asielopvangcentra lijken meer kille gevangenissen.

2. 

Ik denk dat we maar vroeg onder de wol kruipen want er is niets op TV vanavond.

3. 

Kjeld Nuis is zo sterk als een beer.

4. 

Na die woorden van de rector zweeg de zaal.

5. 

De vrachtwagen donderde van de berg af.

6. 

Toen zij zonder QR-code niet naar binnenmocht, ging ze tekeer als een mager speenvarken.

7. 

Nu gaan controleren is volgens de burgemeester dweilen met de kraan open.

8. 

De aanvoeder maakte zijn medespelers bittere verwijten na het gelijke spel.

9. 

Het toeval wilde dat we hem daar weer tegenkwamen.

10. 

Bij het afscheid sprak de afdelingsleider zoete woorden tot de vertrekkende leraar.

Understatement, hyperbool of eufemisme?

Welk stijlmiddel wordt gebruikt?

Zie ook CambiumNed

1. 

Met de tong op de schoenen kwamen ze bij de hut in de Himalaya aan.

2. 

Ik heb me bescheurd om zijn optreden.

3. 

Ik werd nog dezelfde middag geholpen aan mijn verlamde been.

4. 

Ik zie dat je dertig fout in je werk hebt, dat heeft nog wel een paar verbeteringen nodig.

5. 

Het trekken van de kies was niet geheel pijnloos.

Kiezen trekken in het verleden.

6. 

Heb jij nog steeds problemen met je stoelgang?

7. 

Na twee dagen zoeken was men toch bang dat er iets gebeurd zou zijn?

8. 

Als je dat nog een keer doet, sla ik je tot moes.

Synoniemen

Grappige woorden