P.C.Hooft – Wanneer de vorst des lichts…

Wanneer de Vorst des lichts slaet aen de gulden tóómen
Sijn handt, en beurt om hooch aensienlijck wter Zee
Sijn wtgespreide pruick van levend goudt, waermee
Hij naere anxtvallicheit, en vaeck, en creple dróómen

Van 's menschen lichaem strijckt, en berch, en bos, en bóómen,
En steeden vollickrijck, en velden met het vee
In duisternis verdwaelt, ons levert op haer stee,
Verheucht hij, met den dach, het Aerdtrijck en de stroomen:

Maer d' andre starren als naeijvrich van sijn licht,
Begraeft hij, met sijn glans, in duisternissen dicht,
En van d' ontelbre schaer, mach 't niemand bij hem houwen.

Al eveneens, wanneer vw Geest de mijne roert,
Word jck gewaer dat ghij in 't haijlich aenschijn voert
Voor mij den dach, mijn Son, de nacht voor d' andre vrouwen.

1. 
Griekse mythologie

“de Vorst des lichts” (r.1) Welke Griekse God wordt bedoeld?

2. 
Genre

Met wat voor werk hebben wie hier te maken?

3. 

Wat is het rijmschema van het gedicht?

Vul in en gebruik hoofletters A en B. Gebruik na elke strofe een spatie.

4. 
Rijmschema

Met wat voor een rijmschema hebben we hier te maken als je rijmende woorden aan het eind van een regel bekijkt in de eerste twee strofes ?

5. 
Beeldpraak

Met wat voor een beeldspraak heb je hier te maken?

6. 
Literaire stroming

Tot welke literaire stroming moeten we dit gedicht rekenen?

7. 
Interpretatie

Wat wordt hier vergeleken?

8. 

Wanneer de Vorst des lichts slaet aen de gulden tóómen
Sijn handt, en beurt om hooch aensienlijck wter Zee
Sijn wtgespreide pruick van levend goudt, waermee
Hij naere anxtvallicheit, en vaeck, en creple dróómen

Klik op score en antwoorden voor een vertaling

9. 

Van 's menschen lichaem strijckt, en berch, en bos, en bóómen,
En steeden vollickrijck, en velden met het vee
Jn duisternis verdwaelt, ons levert op haer stee,
Verheucht hij, met den dach, het Aerdtrijck en de stroomen:

Klik op score en antwoorden voor een vertaling

Examen Nederlands vwo 2024 – I

Pulp in het Nederlandse leesonderwijs?

Het examen:
Teksten
Vragen en correctiemodel

Wat is de betekenis van de woorden?

1. 

ontlezing

2. 

leesmotivatie 

3. 

nomineren

4. 

groslijst

5. 

pulpboeken

6. 

shortlist

7. 

stramien

8. 

competentie 

9. 

curriculum

10. 

categoraal 

11. 

commotie 

12. 

evident

13. 

marketeer

14. 

klonen

15. 

verwantschap 

16. 

geobsedeerd 

Onregelmatige werkwoorden

Onregelmatige werkwoorden
De werkwoorden hebben, kunnen, mogen, willen, zijn en zullen noemen we onregelmatige werkwoorden Deze werkwoorden hebben soms afwijkende vormen in de tegenwoordige tijd en ook de verleden tijd is vaak onvoorspelbaar.
Meer informatie: Onze Taal

Selecteer de juiste werkwoordsvorm.

tt = tegenwoordige tijd; vt = verleden tijd

1. 

Zij .... (zijn vt) op school.

2. 

.... (zijn tt) u mevrouw Jansen?

3. 

Jij ....(hebben vt) dat toch zullen doen?

4. 

Ze .... (mogen vt) dat toen nog niet.

5. 

Jullie .... (hebben vt) wel wat eerder kunnenkomen.

6. 

.... (kunnen tt) je wat harder praten?

7. 

Mijn naam .... (zijn tt) Mathilde.

8. 

U .... (kunnen vt) dat vroeger toch ook?

9. 

We ....(willen vt) allemaal wel zo’n feestje.

10. 

Het .... (mogen tt) ook wel wat meer zijn.

11. 

Hij .... (willen tt) dat vast wel voor je doen.

12. 

Jullie .... (zullen vt) toch eerder komen.

13. 

Ik .... (mogen vt) dat echt niet.

14. 

Harry en Hans .... (zijn tt) al jaren vrienden.

15. 

.... (willen tt) je me even helpen?

16. 

Je .... (zullen tt) wel moe zijn.

17. 

U .... (hebben tt) dat goed gedaan.

18. 

Zij .... (kunnen vt) het wel zien aankomen.

19. 

Je.... (zullen tt) wel op je donder krijgen.

20. 

U .... (hebben tt) dat toch ook gezien.

P.C. Hooft – Mijn lief

  • Beluister en/of lees het gedicht en probeer de vragen te beantwoorden.
1. 
Rijm

‘lippen-lieve-lipjes  in r.2 en in r. 3 ‘mijn-malend-moe’ zijn voorbeelden van:
Zie Cambiumned

2. 
Stijlmiddelen

‘Mijn lief, mijn lief, mijn lief (r.1) is een voorbeeld van:

3. 
Interpretatie

r.11 ’Maar toen de morgenstar nam voor den dag haar wijk’
Wat wordt bedoeld?

4. 
Genre

Met wat voor werk hebben wie hier te maken?

5. 
Literaire stroming

Tot welke literaire stroming moeten we dit gedicht rekenen?

Piet Paaltjens – De zelfmoordenaar

  • Beluister en/of lees het gedicht en probeer de vragen te beantwoorden.
1. 

Wat is het rijmschema van de eerste zes regels?
Vul in en gebruik hoofletters A en B.

2. 
Rijm

zag zo (r.4), zat zoo (r.5) en spattend slik (r. 12)
Zijn allemaal vormen  van ... ?

3. 
Stijlmiddelen

‘In een wip was de lust
Om te vrijen geblust’ (laatste strofe)

Welk stijlmiddel gebruikt Paaltjens hier?

4. 
Interpretatie

’k Heb een adder gebroed,
Neen, erger, een draak aan mijn borst hier!’ (strofe 2)
Addergebroed betekent eigenlijk (nest) jonge adders, maar wordt meestal gebruikt voor 'kwaad gespuis', 'tuig' of 'zondig volk (Bijbel)'

Hoe moet je het hier interpreteren?

5. 
Literaire stroming

Tot welke literaire stroming moeten we dit gedicht rekenen?


6. 
Vluchtwegen

De belangrijkste vluchtwegen om aan de dagelijkse ellende te ontkomen waren voor de romanticus de natuur, het verleden, religie, humor en de dood.

Waardoor was Paaltjens als je dit gedicht leest het meest gefascineerd?

Piet Paaltjens – Aan Rika

  • Beluister en/of lees het gedicht en probeer de vragen te beantwoorden.
1. 
Rijmschema

Van welk rijmschema maakt Paaltjens hier gebruik?

2. 
Weltschmerz

Weltschmerz is een gevoel van diepe droefheid en een gevoel van onvervuld verlangen dat ontstaat door het besef dat de wereld onvolmaakt is.
Waardoor ontstaat de Weltschmerz in dit gedicht?

3. 
Parodie

In een parodie wordt iets bespot, belachelijk gemaakt. Je kan dit gedicht ook een parodie noemen vanwege de heftigheid van de Weltschmerzgevoelens. Van welk stijlmiddel maakt Paaltjens gebruik om een parodistisch effect te bereiken?

'Maar, Rika, wat kon zaalger voor mij zijn,
Dan, onder hels geratel en gestamp,

Met u verplet te worden door één trein?'

4. 
Literaire stroming

Tot welke literaire stroming moeten we dit gedicht rekenen?

Vragen Paul van Ostaijen – Huldegedicht aan Singer

  • Beluister en/of lees het gedicht en probeer de vragen te beantwoorden.
1. 
Tijd

Wanneer denk je dat dit gedicht geschreven is?

2. 
Literaire stroming

Tot welke literaire stroming moeten we dit gedicht rekenen?

3. 
Interpretatie

'Panem et Singerem' is een verwijzing naar ‘Panem et circenses', een uitspaak van de Romeinse dichter Juvenalis en betekent ‘brood en spelen’.

Waarom gebruikt Van Ostaijen hier de uitdrukking 'Panem et Singerem'?

4. 
Genre

Met wat voor werk hebben wie hier te maken?

5. 
Stijlmiddelen

Van welk  stijlmiddel maakt Van Ostaijen veel gebruik in dit gedicht?
Zie Cambiumned

Vragen De Schoolmeester – De Aap

  • Beluister en/of lees het gedicht en probeer de vragen te beantwoorden.
1. 
Beluister het gedicht

2. 
Rijmschema

Wat voor een rijmschema houdt hij (met uitzondering van vers 1) aan?

3. 
Genre

Met wat voor werk hebben wie hier te maken?

4. 
Vluchtwegen

In de negentiende eeuw probeerden nogal wat schrijvers aan de ellende van alledag te ontsnappen door het gebruik van 'vluchtwegen'.
Welke vluchtweg gebruikt De Schoolmeester hier?

5. 
Literaire stroming

Tot welke stroming moeten we dit werk rekenen?

Vragen G.A. Bredero – Boerengezelschap

  • Beluister en/of lees het gedicht en probeer de vragen te beantwoorden.
1. 

Wat is het rijmschema van de eerste 5 regels?
Vul in en gebruik hoofletters A en B.

2. 
Genre

Met wat voor werk hebben wie hier te maken?

3. 
Literaire stroming

Wat is de literaire stroming waar we het gedicht toe moeten rekenen?

4. 
Tegenstellingen 1

Welke tegenstelling speelt in dit gedicht de belangrijkste rol?

5. 
Tegenstellingen 2

Bredero maakt gebruik van de wij – zij tegenstelling.
Aan welke kant staat Brederode?

6. 
De moraal

Raadt Brederode de Amsterdammers aan om aan dit soort kermisvermaak deel te nemen?

7. 
 Het kan verkeeren

Steeds terugkerende uitdrukking in het werk van Bredero is: "Het kan verkeeren"
Wat wil hij daar mee zeggen?

Egidius – vragen

  • Beluister en/of lees het gedicht en probeer de vragen te beantwoorden.
1. 

Wat is het rijmschema van de eerste acht regels?
Vul in en gebruik hoofletters A en B.

2. 
Genre

Wat voor lied is het Egidiuslied?

3. 
Interpretatie

In regel 3 van het refrein staat "Du coors die doot, du liets mi tleven."
Wil dat zeggen dat er sprake is van zelfmoord?

4. 
Literaire stroming

Tot welk(e) stroming/tijdvak moeten we het lied rekenen?

5. 
Thematiek


Wat is het thema van het lied?