Synoniemen

Synoniemen zijn woorden met ongeveer dezelfde betekenis.

Welk woord is een synoniem van  ...?

1. 

geinponem

2. 

bofkont

3. 

kletskous

4. 

gepeupel

5. 

drommels

6. 

blubber

7. 

scherpslijper

8. 

doos

9. 

bedotten

10. 

sleurhut

11. 

tante Betje

12. 

complicatie

13. 

beletsel

14. 

hachelijk

15. 

markant

Contaminaties

Je spreekt van een contaminatie als je twee woorden of uitdrukkingen ten onrechte door elkaar haalt.

Heb je in de volgende zinnen te maken met een contaminatie?

1. 

Hij heeft daar niet zo veel melk in te brokkelen.

2. 

Zij verwachtte niet dat over zoiets iemand zo kwaad over kan worden. 

3. 

Hij wil de mensen meuk maken.

4. 

Op de vlakke, gladde ijsbaan van Winterswijk kon al weer geschaatst worden.

5. 

Hij refereert daarbij naar zijn vorige mail.

6. 

Tijdens het mondelinge gesprek werd de zaak duidelijk. 

7. 

Hij irriteert zich aan de presentator.

8. 

De rechtszaak moet voorkomen dat de Ex-topman van ABN AMRO zijn financiële verplichtingen niet nakomt.

9. 

Ik zal je bij hem aanrecommanderen. 

10. 

Als leraar Nederlands zijnde kwam ik dit soort fouten vaak tegen.

11. 

Het is duidelijk dat zij in de goede smaak viel.

12. 

De wereldwijde pandemie bereikte vorig jaar haar hoogtepunt. 

Historische begrippen (B)

Wat is de betekenis van de volgende woorden?

1. 

babyboom

2. 

bakeliet

3. 

begijn

4. 

Berlijnse Muur

5. 

Biblebelt

6. 

Birma-spoorlijn

7. 

Blitzkrieg

8. 

Boerenoorlogen

9. 

Bokkenrijders

10. 

Bourgeoisie 

Historische begrippen (A)

Wat is de betekenis van de volgende woorden?

1. 

abolitionisme

2. 

abortus 

3. 

absolutisme

4. 

aderlating

5. 

aflaat

6. 

achilleshiel 

7. 

anarchisme

8. 

antisemitisme

9. 

apartheid

10. 

autonomie

Franse invloed

Franse invloed op het Nederlands

Ken jij de volgende Franse woorden?

1. 

allez

2. 

allee

3. 

alimentatie

4. 

amoureus

5. 

après-ski

6. 

assemblage

7. 

aubade

8. 

barage

9. 

bijouterie

10. 

bonnefooi

11. 

bourgeoisie 

12. 

boulevard

13. 

bravoure 

14. 

bretel

15. 

broche

Tijdlijn

In welke tijd moeten we het boek/ de stroming/ de schrijver plaatsen?

 

1. 

De buskenblazer - anoniem

2. 

Wij slaven van Suriname - Anton de Kom

3. 

In mijn mand  - Lieke Marsman

4. 

Lof der zotheid- Desiderius Erasmus


5. 

Mariken van Nimweghen - anoniem

6. 

Granida - P.C. Hooft

7. 

De romantiek

8. 

Paul van Ostaijen          


9. 

Boerengeselschap - G.A Bredero

10. 

Sentimentalisme

11. 

Tommy Wieringa - Jo Speedboot

12. 

Heren van de thee = Hella S. Haasse



13. 

Terug tot Ina Damman = Simon Vestdijk

14. 

Piet Paaltjens Snikken en Grimlachjes 

15. 

Theo Thijssen – Kees de jongen

16. 

Pieter Langendijk - Het wederzijds huwelijks bedrog

17. 

Expressionisme


18. 

Jan Wolkers - Het tillenbeest

19. 

Lize Split – Het smelt

20. 

Willem Frederik Hermans - De donkere kamer van Damocles

Zinsdeelstukken

Bijvoeglijke bepalingen (bvb), ondergeschikte bijwoordelijke bepalingen (obwb) of bijvoeglijke bijzin?

De bijvoeglijke bepaling

Een bijvoeglijke bepalingzegt iets over een zelfstandige naamwoord. Een bvb vind je door te vragen welke / wat voor + het zelfstandig naamwoord?

De ondergeschikte bijwoordelijke bepaling

De bijwoordelijke bepaling als zindeelstuk (= ondergeschikte bijwoordelijke bepaling) zegt iets van een ander woord dan een zelfstandige naamwoord.

De bijvoeglijke bijzin

Een bijvoeglijke bijzin heeft dezelfde functie als een bijvoeglijke bepaling en zegt  iets over een zelfstandig zelfstandig of voornaamwoord.
Voorbeeld:
De man die daar fietst, wordt mischien onze nieuwe premier.
'die daar fietst' zegt iets over het zelfstandige naamwoord man en is een bijvoeglijke bijzin.
De bijvoeglijke bijzin is geen zelfstandig zinsdeel.


Benoem de cursieve woorden of woordgroep.

1. 

De nieuwste coronavariant komt uit Zuid-Afrika.

2. 

Vivianne Miedema die speelt voor Arsenal, is gekozen tot de beste voetbalster van het jaar.

3. 

De speelster is dit jaar erg succesvol geweest.

4. 

Haar zus Suzanne, die al jaren in het buitenland woont, kon door de pandemie niet naar de plechtigheid komen.

5. 

Dit gerestaureerde hotel is verkocht aan een heel bekende Amsterdammer.

6. 

Alle trainingen van onze club zijn voorlopig overdag.

7. 

Alle trainingen van onze club zijn voorlopig overdag.

8. 

Zijn laatste goal was wel een heel erg mooi doelpunt.

De literaire canon

1. 

Max Havelaar (nr. 1)

2. 


Van den vos Reynaerde  (nr.2)

3. 

De avonden (nr. 3)

4. 

De donkere kamer van Damokles (nr. 4)


5. 

Het verdriet van België (nr. 5)

6. 

De ontdekking van de hemel  (nr. 6)

7. 

De Kapellekensbaan (nr. 8)

8. 

De aanslag (nr. 9)


9. 

 Bezonken rood (nr. 10)

10. 

Kaas (nr. 11)

11. 

 Oeroeg (nr. 12)


12. 

Het Achterhuis (nr. 14)

13. 

Karakter (nr. 15)

14. 

Turks fruit (nr. 16)

15. 

De historie van mejuffrouw Sara Burgerhart (nr. 17)


16. 

Karel ende Elegast (nr. 18)

17. 

Van oude menschen, de dingen, die voorbij gaan (nr. 19)

18. 

Grand Hotel Europa (nr. 21)


19. 

De uitvreter (nr. 24)

20. 

Heren van de thee (nr. 25)

Literaire begrippen

Verhaalanalyse
1. 
Wat is de betekenis van?


In medias res

2. 
Wat is het perspectief?


Er is een hij- of zij-figuur door wiens ogen je de gebeurtenissen meemaakt.

3. 
Wat wordt bedoeld?


Voorrede, monoloog die dient als inleiding voor het te spelen stuk.

4. 
Wat wordt bedoeld met ?


Lyriek


5. 
Welk begrip wordt bedoeld?


Spanning creëren door op een belangrijk moment het verhaal af te breken.

6. 
Wat bedoelt men met?


Epische concentratie

7. 
Wat wordt bedoeld met?


Plot

8. 
Wat is een personage dat ?


Als een hoofdpersoon niet uitnodigt tot identificatie spreek je van een ... ?

9. 
Wat wordt bedoeld met?


Grondmotief
 

10. 
Wat is de functie van de volgende zinsnede in een verhaal?

Na die ontmoeting zagen wij elkaar een half jaar lang bijna dagelijks.

Aardrijkskunde

Ken jij de betekenis van de volgende woorden?

1. 

dampkring

2. 

coördinaat

3. 

El Niño


4. 

drijfzand

5. 

epicentrum

6. 

eruptie


7. 

estuarium

8. 

fjord


9. 

geiser

10. 

fossiel

11. 

 geologie


12. 

geothermie

13. 

gletsjer

14. 

grondwater


15. 

horizon

16. 

krater

17. 

meander

18. 

moesson