Oefening samengestelde zinnen Wat voor een bijzin is het gekleurde zinsgedeelte? 1. Wie niet te overtuigen is, heeft de wetenschap ook niets te bieden. onderwerpzin lijdend voorwerpzin naamwoordelijk gezegdezin meewerkend voorwerpzin bijwoordelijke bijzin None Hint 2. Heel lang dacht de regering dat de pandemie goed bestreden werd. onderwerpziin naamwoordelijk gezegdezin lijdend voorwerpzin meewerkend voorwerpzin bijwoordelijke bijzin None Hint 3. Omdat steeds minder mensen zich aan de regels houden, zal de lockdown mogelijk langer duren. onderwerpszin lijdend voorwerpzin naamwoordelijk gezegdezin meewerkend voorwerpzin bijwoordelijke bijzin None Hint 4. Het antwoord van de deskundige was dat zij zich voorbereidden op code zwart. onderwerpzin naamwoordelijk gezegdezin lijdend voorwerpzin meewerkend voorwerpzin bijwoordelijke bijzin None Hint 5. Vrijwilligers denken dat ze de mensen kunnen overhalen tot het halen van een prik. onderwerpzin lijdend voorwerpzin naamwoordelijk gezegdezin meewerkend voorwerpzin bijwoordelijke bijzin None Hint 6. Waarom mensen niet gevaccineerd willen worden, is mij niet altijd duidelijk. onderwerpzin naamwoordelijk gezegdezin lijdend voorwerpzin meewerkend voorwerpzin bijwoordelijke bijzin None Hint 7. Het gevolg is dat deze variant de mensen minder ziek maakt. onderwerpzin lijdend voorwerpzin naamwoordelijk gezegdezin meewerkend voorwerpzin bijwoordelijke bijzin None Hint 8. Het werk ging ook 's nachts door omdat er te weinig verpleegkundigen waren. onderwerpziin naamwoordelijk gezegdezin lijdend voorwerpzin meewerkend voorwerpzin bijwoordelijke bijzin None Hint Time's up