Leenwoorden Woorden die van oorsprong niet Nederlands zijn en die we toch als Nederlands beschouwen, noemen we leenwoorden. Weet jij uit welke taal de volgende woorden komen? 1. Luctor et Emergo Engels Duits Frans Latijn Grieks 2. bestseller Engels Duits Frans Latijn Grieks 3. ragout Engels Duits Frans Latijn Grieks 4. affiche Engels Duits Frans Latijn Grieks 5. ad fundum Engels Duits Frans Latijn Grieks 6. aubade Engels Duits Frans Latijn Grieks 7. diner Engels Duits Frans Latijn Grieks 8. hypotheeek Engels Duits Frans Latijn Grieks 9. schlager Engels Duits Frans Latijn Grieks 10. checken Engels Duits Frans Latijn Grieks 11. democratie Engels Duits Frans Latijn Grieks 12. sciencefiction Engels Duits Frans Latijn Grieks 13. Carpe diem Engels Duits Frans Latijn Grieks 14. interbellum Engels Duits Frans Latijn Grieks 15. acteur Engels Duits Frans Latijn Grieks 16. ordner Engels Duits Frans Latijn Grieks 17. apocalypse Engels Duits Frans Latijn Grieks 18. platonisch Engels Duits Frans Latijn Grieks 19. politiek Engels Duits Frans Latijn Grieks 20. cum laude Engels Duits Frans Latijn Grieks 21. einzelgänger Engels Duits Frans Latijn Grieks 22. ober Engels Duits Frans Latijn Grieks 23. gourmetten Engels Duits Frans Latijn Grieks 24. debuut Engels Duits Frans Latijn Grieks 25. radler Engels Duits Frans Latijn Grieks 1 out of 1 Time is Up! Time's up