Oefening 3 stijlmiddelen

 

Opsomming ook wel enumeratie
Je kan een opsomming gebruiken om bepaalde onderdelen te laten opvallen. Vaak zit er in een opsomming een climax (een in kracht toenemende rij) of een anticlimax (een in kracht afnemende rij).
Asymmetrie
Door dingen bij elkaar te zetten waartussen geen verband is, ontstaat een grappig effect. We spreken dan van asymmetrie.

Retorische vraag 
Een retorische vraag is een vraag waarop je geen antwoord verwacht. Het antwoord zit namelijk in de vraag opgesloten.

Zie ook Cambiumned

 

OEFENING 

Welk stijlmiddel wordt gebruikt? 
Opsomming/enumeratie, climax, anticlimax, asymmetrie of retorische vraag?
1. 

Hij had een stoer kapsel, stralende ogen, een krachtige kin en een loopneus.

2. 

Hebben wij dit niet mooi voor elkaar?

3. 

Dit jaar gaan we met het vliegtuig naar Nepal, met de camper naar Italië, met de trein naar Parijs en tenslotte met fiets en tent naar Drenthe.



4. 

Te laat, niet groeten, geen boek bij je, geen huiswerk gemaakt en nog een grote mond ook, dan heb je lef.

5. 

Onderweg zagen we prachtige bossen, mooie beekjes, baltsende korhoenders en het wrak van een vrachtwagen.

6. 

De pas afgestudeerden werden gelokt met buitenlandse reizen, delen in de winst, schoonmaker van de zaak, een auto van de zaak, gratis eerste klas reizen en een sportschool abonnement, maar toch kozen ze doodleuk al snel weer voor een andere baan.

7. 

Als je er niet meer tegen kan, kom dan naar mijn huis, daar vind je warmte, geborgenheid, stilte en altijd wel een borrel.

8. 

Moeten we niet aan het werk om deze toestand te verbeteren?

9. 

Honderden, duizenden, honderdduizenden zijn er al omgekomen in de oorlog in Oekraïne.

10. 

Zij is wereldberoemd, nou ja… in Europa, eh in Nederland dan, eh in Wageningen. Ik bedoel: daar hebben ze van haar gehoord.