Egidiuslied

Egidius, waer bestu bleven?
Mi lanct na di, gheselle mijn.
Du coors die doot, du liets mi tleven.

Dat was gheselscap goet ende fijn.
Het sceen teen moeste ghestorven sijn.
Nu bestu in den troon verheven
Claerre dan der zonnen scijn.
Alle vruecht es di ghegheven.

Egidius, waer bestu bleven?
Mi lanct na di, gheselle mijn.
Du coors die doot, du liets mi tleven.

Nu bidt vor mi, ic moet noch sneven
Ende in de weerelt liden pijn.
Verware mijn stede di beneven.
Ic moet noch zinghen een liedekijn.
Nochtan moet emmer ghestorven sijn.

Egidius, waer bestu bleven?
Mi lanct na di, gheselle mijn.
Du coors die doot, du liets mi tleven.
Dat was gheselscap goet ende fijn.
Het sceen teen moeste ghestorven sijn.

Regel 2: Mi lanct na di - Ik verlang naar je

Regel 6:  Nu bestu in den troon verheven - Nu ben je in de hemel,

Regel 14: Verware mijn stede di beneven.- Bewaar mijn plaats naast jou nog even,
  • Beluister en/of lees het gedicht en probeer de vragen te beantwoorden.
1. 

Wat is het rijmschema van de eerste acht regels?
Vul in en gebruik hoofletters A en B.

2. 
Genre

Wat voor lied is het Egidiuslied?

3. 
Interpretatie

In regel 3 van het refrein staat "Du coors die doot, du liets mi tleven."
Wil dat zeggen dat er sprake is van zelfmoord?

4. 
Literaire stroming

Tot welk(e) stroming/tijdvak moeten we het lied rekenen?

5. 
Thematiek


Wat is het thema van het lied?