De verlichting en de (pre)romantiek


Inleiding

De achttiende eeuw stond in het teken van de Verlichting, een periode waarin rede, rationalisme en onderwijs centraal stonden. Schrijvers en denkers gingen ervan uit dat de mens, door gebruik te maken van zijn verstand, zichzelf en de maatschappij kon verbeteren. Ideeën over opvoeding en deugdzaam leven kregen een belangrijke plaats in de literatuur, omdat men geloofde dat een goede opvoeding tot een betere samenleving zou leiden.

Klik voor het fragment. Van Effen spot hier met de populaire gewoonte om gedichten op een overdreven manier voor te dragen

Een van de belangrijkste schrijvers bij deze stroming was Justus van Effen (1684–1735).
Van Effen introduceerde het literaire tijdschrift als opvoedend en vormend middel. Zijn bekendste werk, De Hollandsche Spectator (1731–1735), was geïnspireerd op het Engelse voorbeeld The Spectator van Addison en Steele. Hij behandelde er maatschappelijke, morele en literaire kwesties in en speelde een belangrijke rol in de verspreiding van Verlichtingsideeën in de Nederlanden.

 

Naast Justus van Effen waren Betje Wolff en Aagje Deken In Nederland toonaangevend binnen deze stroming. In hun beroemde briefroman Sara Burgerhart tonen zij hoe een jong meisje met een zelfstandig denkvermogen en een deugdzame levenshouding haar weg zoekt in de maatschappij, een duidelijk voorbeeld van de verlichtingsthematiek in de literatuur.

Lees hiernaast de elfde brief.

 

Klik voor de gehele brief.
Hiëronymus van Alphen - Het groken glas Klik voor gedicht

 

Ook Hiëronymus van Alphen droeg bij aan deze opvoedingsidealen, vooral met zijn Kleine Gedichten voor Kinderen waarin hij kinderen aanspoort tot deugdzaamheid en gehoorzaamheid, maar tegelijkertijd ruimte laat voor kinderlijke onschuld en speelsheid.

 

 

Hiëronymus van Alphen - De pruimenboom Klik voor gedicht

 

Tegen het einde van de eeuw begon het rationalisme echter minder vanzelfsprekend te worden. Er ontstond een overgang naar de preromantiek, waarin gevoel, verbeelding en het individuele innerlijk meer aandacht kregen. Dichters als Jacobus Bellamy en Rhijnvis Feith werden belangrijke vertegenwoordigers van deze ontwikkeling. Bellamy benadrukte in zijn gedichten het persoonlijke gevoel en vaderlandsliefde, terwijl Feith in werken als Julia een melancholisch verlangen naar het onbereikbare en een vlucht in de natuur en het gevoel laat zien, wat vooruitloopt op de latere romantiek.

Zo vormt de achttiende eeuw een boeiende overgangsperiode in de literatuur: van het geloof in de rede en opvoedbaarheid van de mens naar een tijd waarin gevoel en verbeelding de hoofdrol zouden gaan spelen.

Jacobus Bellamy - Het keurslijf ( Klik voor het gedicht)

Jacobus Bellamy

Bellamy was een dichter die tussen de Verlichting en de Romantiek in stond: hij dacht nog wel na over de wereld, maar vond het gevoel minstens zo belangrijk. Met zijn liedjes over vriendschap, liefde en het vaderland bracht hij de poëzie dichter bij het volk en werd hij een stem voor vrijheid en gevoel in zijn tijd.

Werk

Gezangen van mijn jeugd (1782)
– Een bundel met eenvoudige, gevoelige liederen over jeugd, vriendschap, natuur en liefde.

Vaderlandsche Gezangen (1784–1786)
– Patriottistische gedichten en liederen over vrijheid, vaderlandsliefde en saamhorigheid.

 

 

Het gedicht ‘Een jongen verzoekende op de kermis te gaan’ van Pieter Langendijk past in de Verlichting 
Humor en ironie worden hier ingezet als middel om kritiek te leveren op starre moralisten.

Het gedicht laat zien hoe een jongen op slimme wijze religieuze argumenten gebruikt om zijn vader te overtuigen hem naar de kermis te laten gaan, waarbij  de spanning tussen religie en het verlangen naar plezier in de 18e eeuw blootlegt.

 

Dit is een moralistisch kindergedicht uit de vroege 19e eeuw. Het dient als afsluitende les in het boek De Brave Hendrik, bedoeld om kinderen aan te moedigen deugdzaam te leven..

Uit: De brave Hendrik

een leesboekje voor jonge kinderen (1810)

Nicolaas Anslijn 


 

De romantiek

De negentiende eeuw werd overheersd door de romantiek. Via het gevoel wil men zich ze veel mogelijk uitleven. Teleurgesteld door het heden schiep men een een tweede werkelijkheid.

Die tweede werkelijkheid kende een aantal vluchtwegen:

 

 

 

    • De natuur geeft je de mogelijkheid je van de alledaagse werkelijkheid te verwijderen en dichter bij het eeuwige te komen.
    • Door het verleden kan je je eigen werkelijkheid ontvluchten.
    • Religie maakt het mogelijk om de behoefte aan het eeuwige te beleven.
    • Humor laat je de betrekkelijkheid van alles inzien.
    • De fascinatie voor de dood laat de fantasie zijn gang gaan.
    • Door middel van opstandigheid probeerde de romanticus te ontsnappen/een einde te maken

      aan onrecht, bekrompenheid en hypocrisie in de samenleving.

De natuur

    • De natuur geeft je de mogelijkheid je van de alledaagse werkelijkheid te verwijderen en dichter bij het eeuwige te komen.
    • Belangrijke vertegenwoordiger in de

      poëzie was Guido Gezelle.

 

 

 

 

 

Guido Gezelle – Het schrijverke

Belangstelling voor het verleden

Staring kijkt in onderstaand gedicht naar het verleden en geeft commentaar op de zelfverheerlijking van elke generatie in de Nederlandse literatuurgeschiedenis.  Hij gebruikt ironie om afstand nemen van overdreven rationalisme van zijn eeuw.

A.C Staring -De lettereeuwen 

Op de afbeelding:

Joost van den Vondel (links onder) – vertegenwoordiger van de Gouden Eeuw
Daniel Heinsius (links boven) – eveneens Gouden Eeuw
Smits en Hoogvliet (links onder) – representanten van de Paarlen Eeuw (de overgangsperiode na de Gouden Eeuw)
A. Staring (rechtsboven) – vertegenwoordiger van de Diamanten Eeuw waarin hij en tijdgenoten zich bevonden.

 

Religie

Religie maakt het mogelijk om de behoefte aan het eeuwige te beleven.

In Nederland vertegen woordigt door de  Reveil-beweging met als belangrijkeste vertegenwoordiger Willem Bilderdijk.

 

 

 

 

 

 

 

 

Willem Bilderdijk – Gebed

Humor

Humor laat je de betrekkelijkheid van alles inzien.

 

In onderstaand gedicht laat De Schoolmeester (Gerrit van de Linde) op ironische wijze zien dat lesgeven niet altijd leuk is en benadrukt hij met humor de negatieve kanten van het schoolmeesterschap.

Schoolmeesters - De Schoolmeester (klik voor gedicht)

De dood

In de romantiek werd de dood vaak gezien als een mysterieus en fascinerend thema. Dichters en schrijvers zagen de dood als een poort naar het eeuwige en een ontsnapping aan de alledaagse werkelijkheid. De begraafplaats werd een plek van bezinning en schoonheid, waar men de nietigheid van het leven en de grootsheid van de natuur kon voelen.

Tegelijkertijd speelde humor in de romantiek een rol om met deze zwaarte om te gaan. Humor liet zien dat alles betrekkelijk is, en bood de mogelijkheid om het verdriet en de ernst van het bestaan te relativeren. In grafschriften, ironische gedichten en karikaturen werd de dood soms met luchtigheid benaderd, waardoor de romantische fascinatie voor de dood een speelse kant kreeg.

 

Opstandigheid

Opstandigheid is een kenmerk van de romantiek. Multatuli sluit hierbij aan door zijn persoonlijke strijd tegen onrecht, zijn verzet tegen maatschappelijke hypocrisie en zijn nadruk op de individuele roeping om voor rechtvaardigheid te strijden.

Zijn belangrijkste werk de Max Havelaar of de Koffiveilingen der Nederlandsche Handelmaatschappij gaat over de aanklacht van Multatuli tegen de uitbuiting en onderdrukking van de Indonesische bevolking door het Nederlandse koloniale systeem.

Zijn Ideeën (1879) gaan over rechtvaardigheid, individuele vrijheid en verzet tegen onderdrukking en hypocrisie.

Link de tekst van de Max Havelaar